Jorieke – Hoe verschillend kunnen je kinderen zijn? Ik verbaas me er steeds weer over. Vanaf het moment dat onze dochter naar school gaat, heeft ze ladingen vriendinnetjes. Dat wil zeggen, ze wil met elk meisje uit de klas speelafspraakjes maken. Natuurlijk zien wij en de juf wel een paar favorieten in vriendschap, maar het liefst werkt ons meisje de hele rij af. En als ze een keer geen speelafspraakje heeft, is ze intens verdrietig. Ze wil er dan ook alles aan doen om dat te voorkomen. Ze trekt me van de ene naar de andere moeder om de week weer vol te plannen. Kan de ene niet op woensdag? Misschien de vrijdag dan? Of volgende week maandag? Ze is 6 jaar en heeft al bijna een agenda nodig 😉
Onze jongste ging nog niet zo lang naar school toen de scholen vanwege Corona dicht gingen… Later mocht hij twee dagen per week en nu weer fulltime naar school. Hij heeft het al een paar weken over dezelfde jongen. Hij heeft besloten: ‘Dat is mijn beste vriend.’ Ze doen dan ook alles samen. De juf vertelde dat ze echt een vriendschap ziet opbloeien: ze spelen samen buiten, spelen samen met de Kapla, spelen samen in de huishoek… Ze zijn vrienden. Door dik en dun. Er kwam dan ook al regelmatig de vraag of hij mocht komen spelen.
Ik besloot dat ik daarom zijn ouders eens wilde ontmoeten. Omdat we elkaar niet tegenkomen in de de school (we mogen het plein niet op en de school niet binnen) is het eerste contact telefonisch gelegd. Inmiddels zijn ze een keer bij ons geweest en wij een keer bij hun. Ik ben ervan overtuigd dat er nog vele speelafspraakjes gaan volgen!
Vriendschap en hoogbegaafdheid
Over vriendschap en hoogbegaafdheid heb ik veel gehoord. Dat het heel belangrijk is om kinderen met peers te laten omgaan. Zodat ze merken dat ze niet de enige zijn die anders denken, dat ze niet ‘raar’ zijn. In deze blog van Ieku las ik iets anders. Of misschien, een aanvulling. Dat je je kind vooral moet helpen zichzelf te waarderen. Los van hoe anderen over je denken. Een heel belangrijke les, denk ik. Ik heb me als kind altijd ‘raar’, ‘afwijkend’, een buitenstaander gevoeld. Soms bekruipt me dat gevoel nog wel eens, maar niet zo vaak meer gelukkig. Ik heb gelukkig persoonlijke groei mee mogen maken.
Bij mijn dochter zie ik vanaf het begin van de basisschool al aangepast gedrag. Zowel op cognitief niveau als op het sociale vlak. Daarom is het voor haar extra belangrijk dat wij als ouders haar ondersteunen in het weerbaar genoeg worden om van zichzelf te houden zoals ze is. Wat een uitdaging, ik kan me daar best wel eens zorgen om maken! Gelukkig mag ik weten dat zij ook haar eigen proces zal krijgen, dat ze haar leven lang door mag ontwikkelen. Dat ik haar niet perfect of helemaal ‘af’ hoef af te leveren aan de maatschappij.
Dubbele gevoelens
Bij mijn zoontje heb ik dubbele gevoelens. Ik ben heel blij dat hij een goede vriend gevonden heeft. En het is ook echt een leuk ventje, met leuke ouders. Maar ik houd tegelijkertijd mijn hart vast. Ik maak de inschatting dat het voor mijn zoontje een serieuze verbintenis is. Maar wat als deze jongen, het is immers een kleuter, ineens besluit dat mijn zoontje zijn vriend niet meer is? Ik weet het: teleurstellingen horen bij het leven. En ik kan mijn kinderen er ook niet volledig tegen beschermen. Dat zou ook niet gezond zijn. Maar ik kan wel mijn best doen mijn kinderen te begeleiden in die teleurstelling. Ze helpen weerbaar te worden. En van zichzelf te houden ongeacht hoe anderen over hen denken. Dat neem ik me dan ook voor. Dus ik google nog eens verder. Want hoe pak je dat aan? Misschien hebben jullie tips? Ik hoor ze graag!