Het was de eerste keer dat we gingen kamperen. Nou ja, kamperen… Een volledig ingerichte bungalowtent stond op ons te wachten. Met een klein keukentje en echte bedden! Maar voor water en het doen van onze behoeften moesten we toch écht naar het toiletgebouw.
Eerdere vakanties huurden we een huisje of een stacaravan (ik bedenk nu dat deze laatste ook op een camping stond maar zo zie je maar: eigen douche en toilet voelt niet aan als kamperen.). Onze kinderen slapen altijd in aparte kamers. Ze slapen nooit ergens anders. Naarmate de vakantie dichterbij kwam vroeg ik me steeds vaker (en bezorgder) af: ‘Gaat dit wel goed komen, met z’n allen in één tent?’ Toen we de vakantie boekten hadden we de hoop dat de jongste dan inmiddels de nacht wel door zou slapen. Helaas. Minstens één keer per nacht laat hij luidkeels van zich horen. De vakantie brak aan en ik hield mijn hart vast.
We hebben een heerlijke vakantie gehad! Alle zorgen waren voor niets geweest (ik moet denken aan een regel van een gedichtje dat m’n moeder vroeger ergens had staan: ‘Een mens lijdt dikwijls ’t meest door ’t lijden dat hij vreest.’). Na een paar moeilijke avonden (de kinderen hielden elkaar lang wakker), besloten we het over een andere boeg te gooien. Mijn man bracht de jongste naar bed en ik ging met onze dochter naar de speeltuin (waar ook nog eens minidisco bleek te zijn, wat ze geweldig vond!) Tegen de tijd dat we terug kwamen lag de jongste heerlijk te slapen en volgde onze dochter niet veel later naar dromenland. Deze routine hielden we er dus de rest van de vakantie in!
Verder was het campinggevoel ook heerlijk. Kletsen met de jonge ouders of 65+ ers (voorseizoen ;-)) tijdens de afwas, praatjes maken met de wisselende buren, de hele dag buiten zijn, de tweede week had onze dochter een vriendinnetje (waar ze nu nog naar vraagt)… Ja, ik heb het campingvirus te pakken.
Tel daar nog bij op dat de jongste is gaan lopen (gras hè?), dat we in een prachtige omgeving zaten, dat we leuke uitstapjes konden maken, dat we fantastisch weer hadden… Alleen die ene hoosbui midden in de nacht was wat minder: toen ik uit bed stapte om ons zoontje te voeden kreeg ik toch écht natte voeten! Toen ik naar buiten keek zag ik dat het veld was veranderd in een wildwaterbaan. Wat was ik blij dat ik de avond van te voren in een goede bui alle rotzooi (lees: vieze en schone kleding, speelgoed, voorleesboeken) van de grond had opgeruimd. Het bleef gelukkig ook bij die ene keer (die hoosbui dan he? ;-)) dus daar viel nog wel mee te leven. Mijn man was wat minder blij met de regen. Hij is een echte ‘mooi weer kampeerder’. Nou, ik wil volgend jaar ook mooi weer kamperen!